www.cielen.eu  -  e-mail  -  0496 76 55 08

 

Begrijpend lezen in klassen 3 en 4 (groepen 5 en 6)

- dagelijks 1 vraagstuk (met daarin 1 rekenopgave verwerkt) laten lezen en oplossen. Dit is een van de beste manieren om begrijpend lezen te stimuleren en te controleren. 

 

- Korte tekst over een dier laten lezen en daarna over het dier laten vertellen. Dierenverhalen spreken de kinderen altijd erg aan, waardoor deze opgave niet als saai ervaren wordt. Bij het navertellen kun je dan even tijd nemen om hen verder over het dier (of verwante dieren) te laten vertellen. Deze teksten over dieren zijn liefst informatieve teksten, geen fictie. Dit kun je 2 of 3 maal per week aanbieden. Hierover kunnen de kinderen naderhand ook tekenen. 

 

- Korte teksten over een land, een stad, een gebeurtenis (bv. over Antwerpen, over Gent, over België, over Duitsland, over Frankrijk (meestal wel een succes omdat veel kinderen er al op vakantie geweest zijn), over een pretpark, over een theatervoorstelling, over een concert, over...). 

 

- Korte teksten (zelf te schrijven of te laten schrijven door iemand) over kinderen van de klas (of de school). Na het lezen moeten de kinderen opschrijven over wie de tekst ging. Als er in de tekst ook iets stond dat niet klopte met het kind, dan ook laten opschrijven wat er niet klopte. Dit kun je ook doen over personen die de kinderen goed kennen (een leerkracht, een ouder). Maar let op: steeds respectvol en als het kan met een vleugje humor. 

 

- Korte informatieve teksten over beroepen of ambachten of kunstenaars (bakker, schoenmaker, pianist, kunstschilder...)

 

- Korte verhalen (fictie).