ISIDORUS, 4 april

Luc Cielen in Rinkkrant 922 van 31 maart 2006


De naam

Isi-doron = geschenk van Isis (Egyptische godin)

 

Voornamen: Isidoor, Isidor, Isidore, Isidoro, Izydor, Isidro, Izidor, Isidora, Isidorienne, Dorus, Door, Doortje (de afkortingen kunnen ook afgeleid zijn van Theodoor en Theodora of Dorothea)

Familienamen: Isidoro, Isidori en Isidore


Isidorus (van Sevilla)


Hij werd omstreeks 560 geboren in Cartagena in een voorname familie. Zijn vader heette Severianus, zijn moeder Theodora. Hij verloor zijn ouders op jonge leeftijd, en werd vooral door zijn oudere broer Leander opgevoed.

Cartagena behoorde toen nog tot het Romeinse Rijk, dat in die dagen werd bestuurd door keizer Justinianus I, die de familie uit Cartagena liet verjagen. Ze vestigde zich dan in Sevilla, dat toen een Visigotische stad was.

Het was niet alleen een voorname familie, het was ook een zeer christelijke familie, met niet minder dan vier heiligen binnen één generatie.

Zijn 20-jaar oudere broer Leander van Sevilla was de grote voorganger. Die was bisschop van Sevilla, een post die Isidoor na diens dood zal bekleden. Leander was degene die erin slaagde de Visigotische koning Reccared tot het christendom te bekeren.

Sint Fulgentius van Écija was ook een broer van Isidoor. Hij was de leider van de Spaanse kerk.

De heilige Florentina van Cartagena was zijn zus. Zij werd abdis van het vrouwenklooster in Écija.


Isidoor was een zeer belezen man en ten zeerste toegewijd aan zijn geloof. Hij was een grote tegenstander van de arianen. Hij riep de synode van Toledo bijeen onder zijn voorzitterschap en slaagde erin om het katholicisme tot staatsgodsdienst te laten uitroepen.

In 600 stierf zijn broer Leander en werd hij de nieuwe bisschop van Sevilla. Deze functie zou hij tot aan zijn dood in 636 blijven vervullen.

Isidoor was een van de meest productieve christelijke auteurs van de vroege Middeleeuwen. Zijn werken werden uitgegeven, gekopieerd, druk gelezen en veelvuldig aangehaald in de loop van de volgende eeuwen.

De voornaamste boeken van zijn hand zijn:

Sententiae: een theologisch werk.

De haeresibus: een overzicht van alle ketterijen.

De viris illustribus: over beroemde mannen, in feite een geschiedenis van kerkelijke auteurs.

Historia Gothorum: de geschiedenis van de Visigoten tot 625; het werk begint met een lofzang op Spanje (Laus Spaniae).

Chronica majora: een wereldkroniek vanaf de schepping tot het jaar 615.

Chronica minora: een samenvatting van de Chronica majora.

De natura rerum: over astronomie, kosmografie en meteorologie.

Isidoor was een van de meest geleerde mensen van zijn tijd: hij hield zich bezig met theologie, recht, geschiedenis, geografie, astronomie, wiskunde en grammatica. Hij beheerste het Latijn, het Grieks en het Hebreeuws. Zijn grote kennis komt vooral tot uiting in zijn ‘Etymologiae’, dat in feite een encyclopedie is van al wat in die dagen bekend was. Dit werk bestaat uit 20 boeken en werd uitgegeven door zijn vriend en leerling Braulio van Zaragoza.

Hij zorgde ervoor dat er scholen werden opgericht, dat er bibliotheken kwamen en dat in ieder bisdom minstens één kathedraalschool zou zijn. Hij pleitte er ook voor, met succes, dat het vakkenpakket in de scholen werd uitgebreid met kunstonderwijs, geneeskunde en rechten.

 

Hij was streng voor zichzelf en leidde een vroom en zeer sterk door godsdienstige plichten vervuld leven. Hij hield steeds zijn dagelijkse gebedsmomenten in ere en ging geen enkele geestelijke inspanning uit de weg. Tijdens de laatste zes maanden van zijn leven hield hij dat vol, ondanks zijn wankele gezondheid; hij was toen ook al meer dan 80 jaar oud. Toch bleef hij ervoor zorgen dat de armen niets te kort kwamen. Men vertelt dat zijn huis van ‘s morgens tot ‘s avonds bezocht werd door armen uit het hele land. Toen hij zijn einde voelde naderen, vroeg hij aan twee bisschoppen om hem naar de kerk te vergezellen. Daar moesten ze hem kleden in een ruw haren kleed en zijn hoofd met as bestrooien, ten teken van boete en berouw. Hij sprak de menigte toe die in de kerk was verzameld en vroeg hen om al zijn fouten te vergeven. De bisschoppen gaf hij opdracht om datgene wat hij nog bezat aan de armen uit te delen. Dan keerde hij naar huis terug en stierf vier dagen later op 4 april 636.

Hij werd eerst in Sevilla begraven, in de kathedraal, naast zijn broer Leander en zijn zus Florentina. Het lot van zijn gebeente onderging dat van zovele andere grote en heilige mannen: het werd niet met rust gelaten. De reden daarvoor is niet ver te zoeken. Sevilla viel in handen van de Moren zodat de Spanjaarden het graf van een van hun meest vereerde heiligen nog amper konden bezoeken. In 1063 werd het echter door Ferdinand, koning van Castilië en León buitgemaakt en overgebracht naar León, in het noorden van Spanje, waar het bijgezet werd in de basiliek die naar hem genoemd is. Deze kerk ligt op de ‘camino’, de bedevaartsweg die vanuit West-Europa voert naar Santiago de Compostella en de jongste decennia weer heel wat pelgrims naar de stad van de apostel Jakobus voert. De meesten van hen bezoeken ook de crypte van de basiliek San Isidoro in León.

In 1598 werd hij heilig verklaard. In 1722 werd hij tot kerkvader uitgeroepen. Toch wordt hij niet gerekend tot de vier grote westerse kerkvaders (Augustinus, Ambrosius, Hiëronymus en Gregorius). Hij is zowat het vijfde wiel aan de wagen.


Hij werd nog niet zo lang geleden (+/- 1999), omwille van zijn encyclopedische kennis, uitgeroepen tot patroon van het internet en van alle computergebruikers.

Hij kreeg de bijnaam: Leermeester van Spanje. Isidoor is ook de patroon van Spanje.


Aan Isidoor danken we de naam ‘MIS’ voor de eredienst die in de kerk gehouden wordt. Het woord komt van missio, dat zending betekent.


Legende


Leander, de oudste broer van Isidoor, vond hem maar een slechte leerling. Isidoor was nogal traag in alles en kreeg daarvoor dikwijls straf van zijn broer. Dat mondde daarop uit dat Isidoor van huis wegliep. Later bleek echter dat hij zeer intelligent was en helemaal niet zo lui als zijn broer beweerde. Maar Isidoor moest eerst zijn faalangst overwinnen.

Op een dag zag Isidoor hoe druppels water op een steen vielen en een steen uitholden. Hij was erover verbaasd dat die kleine druppeltjes, die zo weinig kracht hadden, toch in staat waren een gat in een steen te maken. Opeens besefte hij dat hij ook zo te werk moest gaan: steeds maar ijverig blijven studeren. Geen grote vooruitgang ineens willen maken, maar vlijtig doordoen. Zo zou hij ook grote kennis kunnen vergaren. Toen hij tot dit inzicht was gekomen keerde hij terug naar zijn broer, maar die sloot hem onmiddellijk op. Toch was dit een keerpunt in het leven van Isidoor. Hij ging weer met frisse moed aan de slag en werd na jaren de geleerdste mens van zijn tijd.


Bekende naamgenoten

 

Isidorus van Madrid: heilige uit de 12e eeuw, naar wie de meeste Isidoors en Dorussen zijn genoemd. Hij was een eenvoudige boer, gehuwd met Maria de la Cabeza. Van hem wordt verteld dat zijn ossen werden geleid door engelen om de ploeg te trekken terwijl hij aan het bidden was.

 

Isidor Gunsberg, schaakmeester, eind 19e - begin 20e eeuw: werd als 12-jarig schaakwonderkind in Parijs beroemd. Maar had zijn roem toch vooral te danken doordat hij de verborgen speler was in de ‘schaakautomaat Mephisto’.

 

Isidore Demsky (echte naam van Kirk Douglas) geboren in Amsterdam (Amerika). Vooral bekend uit de film ‘Spartacus’.

 

Isidorus van Miletus: een van de twee architecten van de Aya Sofia in Byzantium (Istanbul). Zesde eeuw.

 

Isidore Helman: Graveur die een prent maakte van de Staten-Generaal (waarop de drie standen vertegenwoordigd waren) die op 5 mei 1789 bijeenkwam in het Hôtel des Menus-Plaisirs in Versailles, twee maanden vóór de Franse Revolutie.

 

Isidorus Jonker is de naam van het Nationaal Likeurmuseum in Hilvarenbeek in Nederland.

 

Isidoor Opsomer: kunstschilder uit Lier, 20e eeuw. Hij is bekend om zijn landschappen en portretten. In het Opsomer-Timmermans-Van Boeckelhuis in Lier kan je ettelijke werken van hem zien.

 

Isidoor Teirlinck: Vlaams auteur van wie het werk ‘Arm Vlaanderen’ uit 1884 het meest gekend is. Vooral de titel ervan.



De geografische Isidoor

 

Sint-Isidorushoeve: deelgemeente van Haaksbergen, provincie Overijssel in Nederland.


De literaire Isidoor


           De dertig dagen van Sint Isidoor

           Verschenen in 1994

 

In 'De dertig dagen van Sint Isidoor' bindt H.M. van den Brink de strijd aan met de vele voor- en tegenstanders die het stierenvechten in de loop der eeuwen heeft gehad. Hij schrijft over de bezwaren van de Kerk, het enthousiasme van de gewone mensen, de fascinatie van schilders en schrijvers en de vele verklaringen die geleerden en filosofen hebben bedacht voor het voortbestaan van een gebruik dat in het beschaafde Europa van de twintigste eeuw eigenlijk allang niet meer thuishoort.

Vervolgens probeert hij op een andere manier een antwoord te vinden op dezelfde vraag: niet in theorie, maar in praktijk. Tijdens het jaarlijkse hoogtepunt van het stierenseizoen, de Madrileense Feria de San Isidro, hield hij een maand lang een nauwgezet dagboek bij van de verrichtingen in de arena. Regen en bloed, angst en afschuw, bewondering en vervoering zijn de ingrediënten in een reeks kronieken die eindigt in een voorzichtige lofzang op de Spaanse manier van leven.