Leraar deeltijds kunstonderwijs en leerkracht basisonderwijs samen voor de klas

5 jaar staat juf Veroniek voor de klas. Muzische vorming bleef steeds beperkt tot wat uurtjes knutselen of moest baan ruimen voor een onaffe rekenles. Nu tilt coteachen met dko-juf Miranda haar muzische uren naar een hoger niveau.

 

Miranda (dko juf, expert podiumkunsten): “De samenwerking tussen basisschool de Vlinderboom in Borgerhout en dko loopt al 12 jaar. Vroeger namen dko-leraren de klas even over wanneer leraren uit de basisschool cursussen volgden op de Academie. Daar trokken we een kast vol muzische methodieken open. Vingers kruisen dat ze die in de klas gebruikten. Maar alleen wie zich muzisch sterk genoeg voelde, experimenteerde met die nieuwe vormen.”

 

“De meeste leraren bleven bij veilige, bekende methodieken. Een paar halve dagen in dko volstonden dus niet, ze vroegen ons mee de klas in. ‘Als we samen de les geven, zien we hoe jullie dat doen met onze kinderen’. En dus sturen we dko-leraren, elk met hun eigen expertise (woord, muziek, beeld en beweging) naar de basisschool.”

 

Veroniek (juf vierde leerjaar de Vlinderboom): “De directeur polste wie zo’n co-teaching zag zitten. Wat een kans! Zeker omdat we volgend jaar nieuwe leerlijnen voor muvo uitschrijven. In beeld ben ik sterk. Voor muziek kom ik niet veel verder dan kinderliedjes aanleren en samen zingen. Dan weet je: niet sterk genoeg. Zelf kreeg ik die als kind ook, maar van de muzische lessen is niets blijven hangen. Ik wil beter doen voor mijn leerlingen. Dus ging ik graag in op het aanbod om met Miranda, expert muziek, samen te werken. Het stresske toen ik haar voor de eerste keer in mijn klas binnen liet, had ik er graag voor over.”

 

 

Hoe pakken jullie die co-teaching concreet aan?

Miranda: “Eerst houden we een intakegesprek. Overlopen wat we verwachten van elkaar, bespreken of ik spontaan mag inpikken of beter wacht tot een onderdeel afgerond is zodat de leraar z’n draad niet verliest. Ik stel leraren ook gerust: ik ben geen pottenkijker. Wel een expert muziek – logisch, ik doe al 25 jaar niets anders – die ook bijleert van hen.”

 

Veroniek: “Daarna bekijken we samen de themaplanning. ‘Verkeer’ bijvoorbeeld. Bedenk ik daarover in mijn eentje een muvo-les, dan laat ik de leerlingen jaar na jaar fantasiewagens ontwerpen.”

 

Van de muzo-lessen die ik als kind kreeg, is niets blijven hangen. Ik wil beter doen voor mijn leerlingen

 

Veroniek - Leraar vierde leerjaar

Miranda: “Muzische lessen uitwerken, vraagt veel denkwerk. En leraren hebben al honderden taken. Dus bespaar ik ze tijd en schrijf een eerste aanzet voor de les uit. Die reist een paar keer heen-en-weer voor aanvullingen en feedback. Veroniek geeft aan wat ze nodig heeft, ik voeg muzische kennis toe: welke noten klinken samen het best, wat is een C-akkoord. Geen technische tierlantijnen. Wel haalbare kennis die net aan de rand ligt van wat leraren al kennen.”

 

Veroniek: “Achteraf evalueren we nog een uurtje, deelt Miranda extra tips uit. Een paar dagen later geef ik dezelfde les op mijn eentje in een parallelklas. Dan voel ik: die les zit goed voor de volgende jaren.”

 

 

Welk effect heeft jullie samenwerking op leerlingen?

Veroniek: “Mijn leerlingen krijgen sterke en gevarieerde muzische lessen. Tijdens de muzische lessen leer ik ze anders kennen. Een haantje-de-voorste bij rekenen of taal, valt even stil. En omgekeerd: een stil kind dat vaak ondersteuning vraagt, bloeit helemaal open met instrumenten en neemt plots veel initiatief.”

 

Miranda: “Muzische vorming helpt leerlingen om emoties te uiten en om leerstof te onthouden. Daarom zijn liedjes en poëzie ontstaan. Ooit maakte ik een liedje over de 5 regeringen in België. Iedereen geslaagd op de toets. Die kinderen zongen allemaal het liedje in hun hoofd. En dan zwijgen we nog over het positieve effect van muzische vorming op hun algemene en sociaal-emotionele ontwikkeling, en op samenwerken.”

 

Veroniek: “Vorig jaar speelde een meisje saxofoon na haar spreekbeurt. Een simpel verjaardagslied. De hele klas luisterde ademloos. Dat ze muziek kreeg uit dat magische instrument vond iedereen fascinerend. Ik volgde zelf ook geen muziekschool. Stel dat ik piano kon spelen voor de klas en in noten meer zag dan wat bolletjes op strepen, hoe mooi zou dat zijn.”

 

Miranda: “De lerarenopleiding moet daarop inspelen. Te vaak keldert ze met lange blokfluitsessies het muzische enthousiasme van toekomstige leraren. Gedegouteerd mijden ze later muzieklessen in hun klas. Terwijl er zoveel leuke werkvormen zijn: vertrekken vanuit melodie of tekst, werken met opnames, met instrumenten … Al kan het nog erger: ik ken leraren die meesterlijk een instrument bespelen, maar dat nooit meepakken naar de klas. Alle kinderogen gaan nochtans gegarandeerd blinken als je je gitaar of djembé bovenhaalt.”

 

Wat halen jullie er persoonlijk uit?

Miranda: “In de basisschool zit de hele wereld. Dat heb je in dko veel minder. Ondanks al onze inspanningen blijven we een blank publiek aantrekken. Kinderen van ouders met een brede muzikale interesse. Nauwelijks kinderen met migratieachtergrond, bijna geen kinderen met een beperking. Hoe bedreven Veroniek met die verschillende kinderen differentieert en soms wat meer geduld toont voor een bepaalde leerling, dat inspireert mij.”

 

“Bovendien zal ze haar leerlingen besmetten met het kunstvirus. Een groot deel komt in zijn vrije tijd amper in musea, toneel- of concertzalen. Zij kan met een mooi muzisch lesaanbod talent spotten en kinderen en ouders overtuigen van dko.”

 

Veroniek: “Ik put vertrouwen uit Miranda’s aanpak om nieuwe dingen te proberen. Vroeger dacht ik na een bijscholing: interessant, maar hoe ga ik daarmee aan de slag in de klas? En leer loslaten: je weet niet op voorhand waar je uitkomt. Hoe de kinderen zullen reageren, welke antwoorden je ze kan geven. Maar als ik fouten maak of de draad even kwijt speel, grijpt Miranda in. Kinderen merken dat niet. En zelfs als ze het zien, geen probleem. Foutjes horen bij leren.”

 

Miranda: “Muzische lessen mogen gestructureerde chaos zijn. Begin niet met een waslijst afspraken, maar laat kinderen die instrumenten aanraken, onderzoeken en testen. Laat ze de decibels door het dak jagen. 60 seconden. Als ik daarna 3 maal op de trom sla, moet het meteen stil zijn. Sommige leraren zijn bang om de controle te verliezen als ze kinderen even los laten. Maar je legt toch ook geen bal op een voetbalveld waar de kinderen alleen maar verlekkerd naar mogen kijken?”

 

 

Kunstkuur stimuleert samenwerking tussen scholen en academies

Via Kunstkuur kunnen scholen vanaf schooljaar 2019-2020 kennis van dko toevoegen aan het lerarenteam, én leren beide partners van elkaar door de klasvloer te delen (een van de pijlers van het decreet dko). Met ondersteuning onder de vorm van extra uren voor het dko en werkingsmiddelen helpt Kunstkuur je school om cultureel bewustzijn en culturele expressie te versterken, wat kansen biedt om kunst en cultuur te integreren in andere vakken en een duurzame samenwerking op maat uit te bouwen.

 

 Dit is een artikel van Bart De Wilde