www.cielen.eu  -  e-mail  -  0496 76 55 08

 

Luc Cielen

 

HET GEHEIM VAN DE ROOS                                                                                                printversie

Luc Cielen

 

Het begint met de vijfhoek.

 

 

 

***

 

In de vijfhoek kun je diagonalen tekenen zodat je een vijfster krijgt.

Je begint bij punt 1, tekent de diagonaal naar punt 2, en zo verder tot je terug bij 1 uitkomt (zie tekening hieronder).

De vijfhoek is de kleinste regelmatige veelhoek waarin je de diagonalen kunt tekenen zonder het potlood van het papier op te lichten. (In een vierkant heb je twee diagonalen, maar je kunt ze niet in één trek tekenen. In een driehoek heb je geen diagonalen).

Om de vijfster te tekenen moet je telkens 1 hoek overslaan (= diagonaal tekenen).

 

Deze vijfster zit ook in de roos en wel op dezelfde manier als we de vijfster tekenen, namelijk van punt 1 naar 2 enz.

Het geheim zit ‘m in de KELKBLADEN. Omdat de roos vijfdelig is, heeft de bloem 5 kelkbladen.

 

Die 5 kelkbladen zijn niet alle even groot en zien er ook niet allemaal hetzelfde uit.

De 5 kelkbladen zijn gerangschikt van groot naar klein. Als je het grootste kelkblad nummer 1 geeft, en van daaruit verder gaat zoals in de vijfster, dan zie je dat het vijfde kelkblad het kleinste is. Als je daar een vijfster op tekent, zie je dat ook in de vijfster:

            

Punt 1 van de vijfster is het grootst, punt 2 wat kleiner, punt 3 nog kleiner, punt 4 nóg kleiner en punt 5 is het kleinst.

Wat doen de kelkbladen van de roos dus?

Ze volgen hetzelfde stramien als je gebruikt om een vijfster te tekenen, maar zij schikken zich ook van groot naar klein.

Dat is het eerste geheim.

 

 

***

 

 

Het tweede geheim.

De kelkbladen rangschikken zich niet alleen van groot naar klein volgens de vijfster, maar ze zien er ook ieder een beetje anders uit.

Kelkblad 1 is het grootst en heeft het meest vergroeiingen (insnijdingen of uitsteeksels),  en heeft die aan de beide zijden.

roos-kroonbladeren-en-keklbladeren-met-en-zonder-uitgroeiingen.jpgKelkblad 2 heeft ook vergroeiingen (insnijdingen of uitsteeksels) aan weerszijden, maar die zijn kleiner dan bij kelkblad 1.

Kelkblad 3 heeft maar aan 1 kant vergroeiingen (insnijdingen of uitsteeksels) (is moeilijk te zien op de foto hiernaast). De vergroeiing zit aan de zijde waar je aankomt als je vanuit punt 2 naar punt 3 gaat, terwijl de andere kant (richting punt 4) géén vergroeiingen heeft.

Kelkblad 4 heeft géén vergroeiingen (insnijdingen of uitsteeksels)

Kelkblad 5 heeft géén vergroeiingen (insnijdingen of uitsteeksels)

 

 

 

 

 

 

Schematisch ziet dat er zo uit:

Albertus Magnus heeft dit ontdekt en er een gedicht over geschreven.

Enkele episodes uit het levensverhaal van Albertus Magnus kun je vertellen.

 

Meer over Albertus Magnus vind je hier

 

 

LATIJN                                                                           VERTALING (LC)

Quinque sunt fratres                                                  Vijf broeders zijn bijeengeschaard

Duo sunt barbati                                                       Twee zijn met een baard geboren

Duo sine barba nati                                                   Twee zijn echter glad geschoren

Unus e quinque                                                         En één

non habet barbam utrimque                                       Draagt slechts een halve baard.

 

Klik hier om het Latijnse gedicht te beluisteren

 

 

De kinderen in de steinerscholen hebben normaliter (als alles goed gegaan is) enige ervaring met vijfhoek en vijfster via ritmiek (of euritmie) en vormtekenen.

Je  laat de plantkundeperiode in de vijfde klas voorafgaan door een meetkundeperiode, waarin de kinderen onder andere een reeks regelmatige veelhoeken leren tekenen en de daarin passende stervormen (vijfhoek-vijfster, zeshoek-zesster, zevenhoek –zevenster, achthoek-achtster, tienhoek-tienster, twaalfhoek-twaalfster). Zo hebben ze meer inzicht in de stervormen en krijgt dit punt over de roos in de plantkundeperiode ook meer betekenis.