cultuurbeschouwing


CULTUURBESCHOUWING


sprookjes en mythen zijn belangrijk


VERHALEN VOOR HET VAK CULTUURBESCHOUWING


In het Steinerleerplan wordt normaliter het volgende schema gehanteerd:



1e klas: Sprookjes

2e klas: Fabels en heiligenlegenden

3e klas: Bijbelverhalen (Oude Testament)

4e klas: Noordse en Germaanse mythologie

5e klas: Indische, Mesopotamische, Perzische, Egyptische en Griekse mythologie

6e klas: Romeinse en middeleeuwse verhalen.



Ligt deze indeling voor eeuwig vast of mag ervan afgeweken worden?


1. Steiner was zelf niet eenduidig over welke verhalen in welke klas aan bod moesten komen. In zijn lijst ontbreken ook heel wat vertelmogelijkheden, zoals bijvoorbeeld de verhalen uit de

wereldliteratuur en de plaatsgebonden legenden.


2. Het leerplan is een richtlijn, geen wet. Als de verhalen in de loop van de lagere school aan bod komen is het leerplan gevolgd. De opdeling per klas moet niet restrictief gevolgd. Je moet wel rekening houden met de leeftijd en de ontwikkeling van de kinderen. Zo vertel je geen Griekse mythologie in de eerste klas en vertel je niet uitsluitend sprookjes in een zesde klas.


3. Steiner heeft nooit aangegeven dat er in de 2e klas heiligenlegenden moeten verteld worden. Het feit dat er desondanks in het leerplan staat dat de 2e klas heiligenlegenden krijgt, is te wijten aan de vermenging van het vrij christelijk uur (godsdienstuur) met de verhalenstof. In het vrij christelijk uur zaten kinderen uit de 1e, 2e en 3e klas samen. In deze godsdienstlessen mochten dan heiligenlegendes verteld worden.


4. In een lagere school met 2 combinatieklassen kan je bijvoorbeeld volgend schema hanteren:

1e, 2e en 3e klas samen: sprookjes, fabels, sagen, legenden en Bijbelverhalen uit het Oude Testament.

4e, 5e en 6e klas samen: Noordse, Germaanse, Indische, Mesopotamische, Egyptische en Griekse mythologie en Romeinse en middeleeuwse verhalen.


Maar:

De Bijbelverhalen zijn niet zo geschikt voor de eerste drie leerjaren van de lagere school. Bijbelverhalen sluiten veel beter aan bij de mythologische verhalen die in klassen 4 - 5 - 6 aan bod komen.


De verhalenstof wordt gespreid over 3 schooljaren. In combinatieklas 1-2-3 zou je het ene jaar sprookjes kunnen vertellen, het tweede jaar fabels en legenden en het derde

jaar Bijbelverhalen. Maar dat is geen optie. Je moet dus elk schooljaar een keuze maken uit de drie verhalencycli, wat tot versnippering leidt.


In de combinatieklas 4-5-6 kan je wél elk jaar een andere reeks verhalen nemen en zo in de loop van 3 schooljaren alles aan

bod laten komen.



5. In een lagere school met 3 combinatieklassen kan je bijvoorbeeld volgend schema aanhouden:

1e en 2e klas samen: sprookjes, fabels en heiligenlegenden

3e en 4e klas samen: Bijbelverhalen

5e en 6e klas samen: Noordse, Germaanse, Indische, Mesopotamische, Egyptische en

Griekse mythologie en Romeinse en middeleeuwse verhalen.


Dit is een heel geschikte oplossing voor combinatieklassen 3-4 en 5-6.


In een combinatieklas 1-2 kan het een goede oplossing zijn als de sprookjes en de heiligenlegenden verteld worden in de verteluren en de fabels in bijvoorbeeld taalperiodes aan bod komen.

Pedagogisch gezien is dit ook de beste oplossing omdat de inhoud van de verhalen het best met de leeftijd van de kinderen overeenkomt.


Een nadeel is dat 3e en 4e klas twee schooljaren lang verhalen krijgen uit de Bijbel: er zijn niet genoeg geschikte Bijbelverhalen daarvoor. Voor deze groep moeten er andere verhalen toegevoegd worden. Die verhalen komen dan uit plaatsgebonden legenden en uit de wereldliteratuur. Zie de lijst van verhalen verderop.

Waarom geen verhalen uit de Noordse en Germaanse mythologie voor deze groep? Omdat deze verhalen niet geschikt zijn voor kinderen van een 3e klas.


De verhalenstof voor 5e en 6e klas is zéér uitgebreid en dwingt tot het maken van een keuze uit het aanbod. Zie de lijst van verhalen verderop.



6. In een lagere school met 2 combinatieklassen kan het voorgaande schema gehanteerd worden als de verteluren in de twee combinatieklassen op hetzelfde uur gehouden worden. De kinderen van 3e en 4e klas komen dan samen in een aparte vertelruimte of –hoek. Een 3e verteller is dan ook noodzakelijk (extra leerkracht of ouder). Dit is de meest wenselijke oplossing, zowel praktisch als pedagogisch.

Een andere oplossing is om tijdens de middagpauze te vertellen. Dan kan 1 leerkracht op de speelplaats blijven, terwijl de andere vertelt aan een groep van 2 klassen (3+4 of 5+6). Het nadeel is dat niet alle kinderen dan samen spelen.


Het ideale vertelschema ziet er dan zo uit:

1 + 2: sprookjes en heiligenlegenden in het verteluur. Fabels in taalperioden.

3 + 4: Bijbelverhalen, legenden en wereldliteratuur.

5 + 6: Noordse, Germaanse, Indische, Mesopotamische, Egyptische en Griekse mythologie en Romeinse en middeleeuwse verhalen.


Dit vertelschema kan in alle scholen - ook als er geen combinatieklassen zijn - gehanteerd worden en is zelfs gunstiger dan het vertellen per afzonderlijke klas.



LIJST VAN VERHALEN


Er kunnen in de loop van een schooljaar ongeveer 60 verhalen verteld worden. Sommige verhalen kunnen over 2 of meer verteluren gespreid worden.


1e en 2e LEERJAAR


De verhalen spreiden over 2 schooljaren


Sprookjes van Grimm

De kikkerkoning

Het kindje van Maria

De wolf en de zeven geitjes

De trouwe Johannes

De goede ruil

De wonderlijke speelman

De twaalf broeders

De jongen die op reis ging om het griezelen te leren (kan ook in 3e-4e klas)

Broertje en zusje

Raponsje

De drie spinsters

De drie mannetjes in het bos

Hans en Grietje

De witte slang

De drie slangenbladeren

Van de visser en zijn vrouw

Het dappere snijdertje

Assepoester

Het raadsel

De zeven raven

Vrouw Holle

Roodkapje

De Bremer standsmuzikanten

De drie gouden haren van de duivel

Het meisje zonder handen

De drie talen

Tafeltje dek je, ezeltje strek je

Klein Duimpje

De dood als peter

De kaboutertjes

De roverbruidegom

Vleerkens vogel

Klein Duimpje de wereld in

Van de wakelboom

De oude sultan

De peetoom

De zes zwanen

Bontepels

De twaalf jagers

De gauwdief en zijn meester

Jorinde en Joringel

De drie gelukskinderen

Met z’n zessen de wereld door

Doornroosje

Vondevogel

Koning Merelbaard (Lijsterbaard)

Sneeuwwitje

De ransel, het hoedje en het hoorntje

Repelsteeltje

Roland

De gouden vogel

De hond en de mus

Jan en Grietje

De twee broeders (in 2 of 3 afleveringen vertellen)

Boertjes

De bijenkoningin

De drie veren

De gouden gans

De anjelier

Slimme grietje

De dood van het hennetje

Vrolijke Frans

Jan de tuitelaar

De gouden kinderen

De arme en de rijke

Het zingende springende leeuwerikje

De jonge reus

Het aardmannetje

De raaf

Het slimme boerenmeisje

De oude Hildebrand

De koning van de gouden berg

De drie vogeltjes

De ganzenhoedster

Het levenswater

De geest in de fles

De broer van de duivel

De bereman

Het winterkoninkje en de beer

Dokter alwetend

De zoete pap

De wijze lieden

Speelhans

De twee zwervers

De arme molenaarsknecht en het katje

De jood in de doornstruik

Hans mijn egel

De geleerde jager

De beide koningskinderen

Het blauwe licht

De zeven Zwaben

Het snuggere snijdertje

De toversla

Het oudje in het bos

De drie gebroeders

De prins die nergens bang voor was

De duivel en zijn grootmoeder

De trouwe Ferdinand en de ontrouwe Ferdinand

De ijzeren kachel

De luie spinster

De drie arbeiders

Eenoogje, tweeoogje, drieoogje

De mooie pieternelletje en pief paf polleken

De stukgedanste schoentjes

De vier volleerde broers

De witte bruid en de zwarte bruid

De zes dienaars

De wilde man

Het lammetje en het visje

De drie zwarte prinsessen

Sesam, open u

Het ezeltje

De raap

De sterrendaalder

De vogel Grijp

Sneeuwwitje en Rozerood

De glazen kist

Het winterkoninkje

Sterke Hans

Meester Priem

Het ganzenhoedstertje bij de bron

De waternimf

De geschenken van de aardmannetjes

De reus en de kleermaker

De arme jongen in het graf

De ware bruid

De haas en de egel

Het boshuis

De klos, de schietspoel en de naald

De zeeslak

De meesterdief

De trommelslager

De grafheuvel

De oude Rinkrank

De kristallen bol

Jonkvrouw Maleen

De laarzen van buffelleer


Sprookjes van moeder de gans (een selectie eruit)


Andere sprookjes (een selectie maken bv uit Vlaamse sprookjes, Engelse sprookjes, Russische sprookjes enz.)


Sprookjes van Arthur Rackham

Jan en de bonenstengel


Sprookjes van Andersen (een beperkte keuze uit de lijst)


Fabels van Aesopus (cfr de la Fontaine, maar zonder zedenles op het eind van het verhaal)


Heiligenlegenden:

Michaël en Lucifer

Franciscus (verschillende verhalen)

Sint-Maarten

Sinterklaas (verschillende legenden)

Christuslegenden (Selma Lagerlöf) (verschillende verhalen)

Driekoningen

Hiëronymus

Joris

Christoffel (Christoforus)

Sint-Jan de Doper (verschillende verhalen)

Hubertus

Antonius



3e en 4e LEERJAAR


De verhalen spreiden over 2 schooljaren.

Ervoor zorgen dat in elk schooljaar een aantal verhalen uit de wereldliteratuur , een aantal legenden, een aantal literaire sprookjes, een aantal Bijbelverhalen zitten. Dus bijvoorbeeld niet alle Bijbelverhalen binnen 1 schooljaar vertellen.


Verhalen uit de wereldliteratuur

Tijl Uilenspiegel

De Vierde Koning

Scheppingsverhalen uit alle windstreken

Ali Baba en de veertig rovers (fragmenten)

Het monster van Loch Ness

Sint Brandaan en de zeekat

De jongen die katten tekende

Spiegel sluit een koop af

De feniks en de eenhoorn

Mina en Clementina

De prins en de drie hazewinden

Dick Wittington en zijn kat

Moby Dick

Baron von Munchhausen

Aladin en de wonderlamp

Robin Hood

Reinaart de vos

Heer Halewijn

Antigoon en Brabo

Willem Tell

Robinson Crusoë

Gulliver’s reizen (enkele fragmenten)

Pinokkio

Sindbad de zeeman (enkele fragmenten)

Robert de duivel

Peronnik

Roeland

De vier heemskinderen

Don Quijote (beperkte keuze)


Literaire sprookjes

De keizer en de nachtegaal

Sint Hieronymus en de leeuw (indien nog niet verteld in 1e of 2e klas)

Arthur Rackham sprookjesboek (een keuze maken)

Sprookjes van Andersen (een keuze eruit)

Sprookjes van Hauff (een keuze maken)

Plaatsgebonden sagen en legenden

De ondergang van Westerschouwen

Het vrouwtje van Stavoren

De Vliegende Hollander

De droom van een Koningszoon

Piet Hein

Het snelste hondenspan van Gelderland

Bruno’s laatste redding

De rattenvanger van Hamelen

Joodse legenden (een keuze maken)

Europese volksverhalen (een keuze maken)

Volkssprookjes en legenden uit Ierland (een keuze maken)

Sagen van Grimm (een keuze maken)

Van reuzen en mensen (een keuze maken)

Nello en Patrasj (Antwerps verhaal)

Lange Wapper (Antwerpse legenden)

Jan zonder Vrees (Antwerpse legenden)

Sprookjes van Andersen (een beperkte keuze uit de lijst)



Bijbel (als overgang naar de mythologie in 4e, 5e en 6e klas)

Het scheppingsverhaal

Adam en Eva

Kain en Abel

Noach

Toren van Babel

Abraham (1 of 2 of 3verhalen)

Isaäk (1 of 2 verhalen)

Esau en Jakob (1, 2 of 3 verhalen)

Jozef (zoon van Jakob) (1, 2 of 3 verhalen)

Mozes (1, 2 of 3 verhalen)

Joshua

Samson ( = Simson)

David (1, 2 of 3 verhalen)

Salomon: tempelbouw

Salomon: koningin van Sheba

Profeet Elia (Elias)

Tobias (1 of 2 verhalen)

Job

Jonas

Daniël (1 of 2 verhalen)

De legende van Salomo’s tempel

Christuslegenden (Selma Lagerlöf) (indien nog niet verteld in 1+2)

Het Nieuwe Testament (een beperkte keuze maken uit het leven van Jezus)


5e en 6e LEERJAAR


De verhalen spreiden over 2 schooljaren.

In 1 schooljaar de Indische mythologie (enkele verhalen), de Mesopotamische mythologie (Gilgamesj), de Egyptische mythologie,(Osiris), de Noordse en Germaanse mythologie, de Keltische en Finse verhalen. En een deel Griekse mythologie. In het 2e schooljaar: vervolg van de Griekse mythologie, de Romeinse verhalen en middeleeuwse verhalen.


Indische verhalen

Manu

Ganges

De 7 rishi’s en het sterrenbeeld Wagen

Boeddha (in verschillende afleveringen)


Mesopotamië

Gilgamesj (in verschillende afleveringen)


Egyptische mythologie

Osirismythe


Noordse mythologie:

Koning Gylfi

Ymir en Audumla

Yggdrasil

De mede van Suttung

Loki’s geschenken

De muur om Asgard

De kinderen van Loki

Freyr

De appels van Idun

De ketel van Hymir

De hamer van Thor

Utgaard-Loki

Hrungnir

Heimdal

De dood van Baldur

De straf van Loki

Ragnarok

Keltische mythen en epen

De drakenmythe

De kinderen van Lir

Kilhuch en Olwen

Deirdriu


Finse epos

Kalevala (fragmenten)


Griekse mythen en sagen

Prometheus

Persephone

Deucalion en Pyrrha

Io en Zeus (kan ook in rekenperiode 6e kals verteld worden)

Europa

Cadmus

Actaeon

Phaeton

Perseus

Philemon en Baucis

Daphne

Tantalus

Arachne

Niobe

Sisyphus

Castor en Pollux

Orpheus

Meleager

Atalante

Ceyx en Alcyone

Midas

Daedalus en Icarus

Ion

Heracles

Argonauten

Theseus

Oedipus

De Trojaanse oorlog

De Tantaliden

Odysseus


Romeinse sagen

Aeneas

Romulus en Remus

De Sabijnse maagdenroof

Tarpeia

Horatii en Curiatii

Tarquinius Priscus

Gabii

De Sibyllijnse boeken

Lucretia

Horatius Cocles

Mucius Scaevola

Cloelia

De plebejers op de Heilige Berg

Coriolanus

Verginia

De schoolmeester van Falerii

Praetextus

Manlius

De dronken fluitspelers

Camillus

De ganzen van het Capitool

Publius Decius Mus

Pyrrhus

Hannibal

Scipio


Middeleeuwse sagen

Volsungsage

Parzival en Lohengrin

Koning Arthur

Tristan en Isolde

Floris ende Blancefloer

Karel ende Elegast

Tijl Uilenspiegel (indien niet verteld in 3e en 4e klas)

Reinaard de Vos (indien niet verteld in 3e en 4e klas)

Keizer Karel


Sprookjes van Andersen (een beperkte keuze uit de lijst)


-----


VERHALENSTOF IN DE STEINERSCHOOL

18-01-2017


Met een gezonde blos op de kaken en grote ogen luisteren de kinderen van de vijfde klas geboeid naar de lotgevallen van Gilgamesj, de koning van Uruk die op zoek is naar de onsterfelijkheid. Maar als mens blijkt hij te zwak om dit doel te bereiken.

Dit spannende verhaal uit de Mesopotamische mythologie - het oudste opgeschreven verhaal van de mensheid – is het mooiste en waardevolste van alle verhalen die ooit verteld zijn en op school een van de hoogtepunten van het wekelijkse verteluur.

Iedere klas krijgt in haar verhalenstof enthousiasmerende, maar tegelijk louterende beelden van de mensheidsontwikkeling. Want ieder goed verhaal is een cultureel ontwikkelingsverhaal met hoogte- en dieptepunten, met overwinningen en nederlagen, met beelden van strijd waarmee de mens zich op aarde handhaaft en er een innerlijke catharsis doormaakt.

Die geweldige verhalen vind je in de mythologieën van de oude culturen uit Rome, Griekenland, Perzië, Egypte, Indië, IJsland, Finland, Gallië om maar de belangrijkste voor de ontwikkeling van de Westerse beschaving te noemen. Vijfde- en zesdeklassers voelen zich er sterk mee verbonden en gaan helemaal op in de aangeboden verhalen die voor hen een ontdekkingsreis vormen doorheen de cultuur. Hoe fantastisch is het om mee te leven met Perseus, Odysseus, Gilgamesj, Indra, Väinemöinen en andere grote imaginaire goden en helden.

Dezelfde beelden, met andere namen en in andere oorden, krijgen de vierdeklassers, wanneer zij zich in hun dapperheid en strijdlust aangesproken voelen door de wan- en weldaden van de Noordse goden. Hoe kan Odin, maar toch vooral Thor, hen begeesteren, en hoe knijpen ze hun ogen tot listige spleten als ze horen over de listen van Loki.

Maar ook de Bijbel heeft zulke prachtige verhalen. Die krijgen de derdeklassers voorgeschoteld. Zij ontdekken hoe een volk door zijn god geleid, zich doorheen ontzettend moeilijke tijden, steeds weer opricht en streeft naar verlossing en eeuwig licht.

In korte, krachtige beelden vertellen de fabels hetzelfde in de tweede klas, waar ook de grote heiligenlegenden zoals die van Joris, Maarten, Christoforus, Franciscus, Hiëronymus en andere tot voorbeeld strekken.

De sprookjes in de eerste klas, en dan vooral deze van Grimm, zijn mythologieën op kindermaat. Maar hoe mooi en rijk en fantasievol zijn de beelden daarin uitgewerkt! Na eeuwenlang sluimeren en sudderen in de volkse vertelkunst zijn de mythen tot heerlijke sprookjes omgevormd. En de mooiste daarvan, waarin op subtiele wijze de ontwikkeling van ieder ik verbeeld wordt, krijgen ook de kleuters te horen op een manier en in een taal die van het puurste respect voor de inhoud doordrongen is. Een waarachtig tegengif voor wat film en tv ervan gemaakt hebben.

Zo horen kleuters en lagereschoolkinderen de échte verhalen, te beginnen bij Roodkapje en Sneeuwwitje, gevolgd door vos en raaf, via Jahweh en Mozes, langs Balder en Nibelungen, over Mithras en Zarathoestra, met Herakles en Hector, uitmondend in de grote middeleeuwse sagen van ons oude Europa, klaar om innerlijk vervuld de moderne wereld tegemoet te gaan, waar zij in elk museum en in elk kunstwerk de grote mensheidsbeelden herontdekken.



----


VERTELLEN EN LUISTEREN


Beelden zeggen meer dan woorden, is een wijdverbreide mening, maar ze geldt niet voor verhalen. Kijk maar eens naar kleuters die in een prentenboek bladeren. Slechts enkele seconden weten de prenten de aandacht van het kind te trekken. Resoluut draait de kleuter met een dwingende vinger het blad naar de volgende tekening om en om en om...

Maar als de kleuterjuf bij elke prent in het boek vertelt wat er allemaal te zien is en als zij dit tot een verhaal verbindt, dan gaan de kinderen daar helemaal in op, zien ze ook plots véél meer en willen ze ook allemaal de prent nog eens van dichtbij bekijken. Het zijn de woorden van de juf, het verhaal dat de kinderen beluisterden, die hen tot kijken aanzetten.


Toen een zesde klas uit De Wingerd in het museum van Kassel (Duitsland) kwam, bleven de kinderen al bij het eerste schilderij staan en ontspon er zich spontaan een boeiend gesprek. ‘Hé, dat is het verhaal van Kaïn en Abel,’ liet een kind zich ontvallen, waarop een ander: ‘Daar ligt Abel, met de schaapjes naast zich op de grond.’ Een derde vulde aan: ‘Kijk eens naar Kaïn, die is wel héél woest getekend.’ En toen twee leerlingen van Rinkrank in het Museum voor Schone Kunsten op bezoek waren, werd het plots héél stil in de zaal onder de bezoekers toen deze kinderen, zonder op de omstaanders te letten, luidop de verhalen begonnen te vertellen die ze op de schilderijen van Rubens afgebeeld zagen. In het publiek werden de audiogidsen gelaten voor wat ze waren en luisterden de bezoekers geboeid naar de verhalen die de kinderen vertelden.


Hoe kan dat?

Heel eenvoudig omdat de kinderen gewoon waren om met heel hun wezen te luisteren naar de verhalen die hun leerkrachten, opgeleid en ervaren in de kunst van het vertellen, hen in de loop van kleuter- en lagere school gebracht hebben tijdens de vele verteluren. Verhalen uit de eeuwenlange verhalenstof van de mensheid - zie vorige weekberichten - levendig en boeiend verteld, werken diep in op het gevoel en nestelen zich onuitwisbaar in het geheugen.


Kijk eens naar een klas waar de leerkracht vertelt. Als vanzelf worden de kinderen stil en geven zich helemaal over aan het verhaal. Als in een droom beleven ze mee wat er in het verhaal gebeurt. Zij zien vol ontzag de hoge bergpieken voor zich, drijven mee op de woelige wateren van de zee, bibberen angstig mee in het duister van het woud, begeven zich joelend in het strijdgewoel en juichen innerlijk om de overwinning. Hoe levendig kan een stilte zijn waar geluisterd wordt. 


Beeldend vertellen, dit wil zeggen, een verhaal zo vertellen alsof het zich voor de ogen van de kinderen afspeelt, is een ode aan het woord. En als een kind geleerd heeft om met eerbied en respect te luisteren naar de leerkracht – wat vooral dankzij de verhalen gebeurt – dan krijgt het een wondermooie luisterhouding, die ook het opnemen van de leerstof ten goede komt.


Al is de steinerschool wijd en zijd bekend om haar kleurrijke kindertekeningen, handwerkjes en werkboeken, toch is zij vooral een school van het woord. Het is dankzij het intensieve gebruik van het woord dat de leerlingen er openbloeien in wilskracht, kennis en schoonheid.



 

Kijk eens mee in de 4e klas in de les cultuurbeschouwing. Verslag van een klasbezoek in de 4e klas steinerschool, tijdens het verteluur.


Rudolf Steiner over verhalen vertellen (cultuurbeschouwing)


Verslag van een klasbezoek tijdens de les cultuurbeschouwing. PDF


Sprookje: Jan en de bonenstengel (Arthur Rackham).


Sprookjes van Andersen: lijst van alle sprookjes en verhalen met aanduiding voor welke klas ze geschikt zijn.



---


47 fabels uit de hele wereld (Aesopus, De la Fontaine, Afrika e.a.)


12 fabels in  versvorm


10 fabels als leesteksten voor de 2e klas (en 1e klas)


De fabels van aesopus geïllustreerd door Milo Winter


De fabels van Aesopus in het Engels

Link naar de Engelstalige fabels van Aesopus


---

NOORDSE MYTHOLOGIE


Lijst van verhalen voor de 3e (+ 4e) klas


Lijst van verhalen uit de Edda, opgedeeld per vertelbeurt en per beeld. Op basis van het boek van Dan Lindholm Godenverhalen uit de Edda.


Godenverhalen uit de Edda (Volledig)


Verhalen uit de Edda van Branston (volledig boek)


Boekbespreking Noorse goden van Neil Gaiman. PDF



---

EGYPTE


Egyptische mythen (uit de Tuin der goden). pdf


Egyptische mythen (uit Kleio's gefluister). pdf


De Osirismythe: korte samenvatting. htm


Toneel Osiris. pdf


----

MESOPOTAMIË


Koning Gilgamesj (Hans Hagen)


---

INDIË


Oud-Indische sagen en het leven van Boeddha


Hoe de Ganges op aarde kwam


India: hoe de sterrenbeelden Wagen en Slang (Grote Beer en Draak) zijn ontstaan.


India: de maan en zijn gemalinnen


India: het wereldei en hoe Manoe van de zondvloed werd gered


India: het medelijden van Oesjinara


India: Nala en Damajanti


India: Sjakoentala


India: de trouwe Savitri


India: Rama en zijn broeders


India: de legende van Boeddha


---

GRIEKENLAND


Griekse sagen (Schwab) deel 1: metamorfosen en korte sagen: Prometheus, Deukalion en Pyrrha, Io, Phaëton, Europa, Kadmos, Perseus, Ion, daedalus en Icarus, Tantalos, Pelops, Niobe, Aktaion, Philemon en Baukis, Arachne, Midas, Meleagros, Atalante, Castor en Pollux, Orpheus en Eurydike, Keyx en Alkyone.


Griekse sagen (Schwab) deel 2: de Argonauten (met opdeling in vertelbeurten)


Griekse sagen (Schwab) deel 3: Heracles


Griekse sagen (Schwab) deel 4: Theseus


Griekse sagen (Schwab) deel 5: Oedipus


Griekse sagen (Schwab) deel 6: De Thebaanse oorlogen


Zo is de ILIAS tot bij ons gekomen. 


---

ROME


Aeneas (Jo Claes) - 6e klas (groep 8)


Aeneas, de vader van de Romeinen (Lechner) - 6e klas (groep 8)


---

MIDDELEEUWEN


Koning Arthur (Ter Haar) Volledig - 6e klas (groep 8)


Lange Wapper: uitleg van Buerbaum - 4e klas of 6e klas (groep 6 of groep 8)


Hoe Lange Wapper dronkaards genas (Buerbaum) - 4e/6e klas)


Lange Wapper en Opsinjoorke - 4e/6e klas


Lange Wapper en het staakklimmen - 4e/6e klas


Lange Wapper en de twee kerstekinderen - 4e/6e klas


Ridders van de Tafelronde (Merlijn, Arthur, Gawain, Lancelot, Balin en Balan, Modred - 6e klas (groep 8) .


Robert de Duivel (2e klas of 6e klas - groep 4 of groep 8)


De Volsungsage (4e klas of 6e klas - groep 6 of groep 8)